zaterdag 14 januari 2012

Vizier

Peinzend staar ik naar de groepsindeling die ik gemaakt heb voor het uitstapje naar de bioscoop. Wie ben ik nou vergeten? Ik tel maar 30 namen en ik heb er toch echt 32 leerlingen. Na een paar minuten heb ik nog steeds geen idee. Luister even, zeg ik tegen de klas, ik noem jullie namen op en aan het eind wil ik graag horen wie ik niet genoemd heb. Als ik klaar ben steken Arjan en Achmed hun vingers op. Als ik weer ga zitten merk ik dat ik me schaam. Ik vergeet Arjan en Achmed wel vaker. Ze zijn zo goed als onzichtbaar in deze groep. Als beloning voor al hun goede gedrag vergeet ik om de haverklap hun hele bestaan. Het is niet de eerste keer dat ik me schaam voor mijn falende opmerkzaamheid. Toen ik een surprise voor Arjan had moeten maken was me geen enkel onderwerp te binnen geschoten. Waar kenmerkte deze knaap zich nou door? Iets met voetballen? Nee, ik zag hem nooit op het veld. Iets met muziek? Nee, Arjan was zo ongeveer de enige leerling in de klas die niet van zingen hield. Een passie voor het een of ander? Er schoot me niks te binnen. Uiteindelijk had ik iets obligaats in elkaar geknutseld en me voorgenomen om hem wat beter in het vizier te houden. Vervolgens was ik hem weer vergeten. Nou ja, vergeten…wat me wel was opgevallen was dat Arjan mij net zo min in het vizier hield als ik hem. Met enige regelmaat constateerde ik dat hij - nadat ik een opdracht uitgebreid toegelicht had- verbaasd opveerde uit zijn stoel. Moeten we iets doen, hoorde ik hem dan fluisteren. Soms kwam hij het ook vragen. Ik heb niet goed gehoord wat u zei juf, zei hij dan doodleuk. Heb je nou echt twintig minuten lang niet gehoord waar ik het over had Arjan, vroeg ik dan narrig. Ja juf, eh nee juf, eh sorry juf. Nu ik er goed over nadacht, zag Arjan mij eigenlijk net zo weinig staan als ik hem zag zitten. Achmed daarentegen zie ik heel goed staan. Ik struikel wel tien keer per dag over hem. Na elke instructie schiet hij als een pijl naar voren om mij nog iets persoonlijks mee te delen over de les. Een associatie met dit, een herinnering aan dat, een aanvulling op het aan de orde gestelde. Achmed valt eigenlijk, nu ik goed over nadenk, helemaal niet zo goed over het hoofd te zien. Waarom vergeet ik hem dan toch zo vaak? Waarschijnlijk omdat ook hij zich niet door iets persoonlijks, iets authentieks in mijn geheugen gegrift heeft. Iets met voetballen? Hij voetbalt niet. Iets met muziek, iets met techniek? Niks. Veel jongetjes in deze klas zijn helemaal in de ban van alle Star Wars films, alleen Achmed geeft er niks om. Er is niets waardoor hij opvalt, niet in positieve, niet in negatieve zin. In een klas met 32 leerlingen moet je kennelijk met iets speciaals hebben om het geheugen van de juf een handje te helpen. Mandy is bijvoorbeeld net zo rustig als Achmed en Arjan maar ze tekent werkelijk indrukwekkend goed. Anna is een heel onopvallend en rustig meisje maar haar onhebbelijke vader valt niet over het hoofd te zien. Achmed en Arjan hebben niets van dit alles. Daarom slaat mijn brein hun aanwezigheid in de hectiek van alle dag niet goed op. Om ze wel goed te zien zitten moet ik ze in gedachten kennelijk wat bijzonderheden mee geven. Maar wat? Misschien moet ik gewoon proberen te onthouden dat ik ze altijd opnieuw vergeet.