woensdag 13 mei 2020

Column. Rare tijden

Het is de dag na de voorjaarsvakantie. Er is onrust in de gangen. Een groepje leerlingen snelt op mij af. Juf! Juf! Ahmed is in ItaliĆ« geweest! Ik kan het niet geloven. Ik weet niet beter of zijn familie gaat alleen maar naar Marokko. Dan duikt de vader van Jasmine voor mijn bureau op. Is dat zo juf? Wat gaat u daaraan doen, vraagt hij verontrust. Ik zal het uitzoeken, zeg ik. Daar komt Achmed aansloffen. Hoor ik het goed, vraag ik. Hij knikt. Maar helemaal aan de andere kant van ItaliĆ« hoor! Het stelt de leerlingen in zijn groepje niet gerust. Binnen een paar tellen hebben ze allemaal hun hand stevig voor hun mond geklemd. Ik ga op onderzoek uit. Al snel blijkt dat het niet waar is. Waarom zeg je dat dan, vraag ik verbaasd. Dat weet ik eigenlijk niet, antwoordt Ahmed zorgeloos. Een week later zoemt het woord ‘Corona’ al door de school voor de leerlingen goed en wel boven zijn. Een paar dagen later gevolgd door ‘al in de stad’ en nog een paar dagen later door ‘al op de school aan de overkant’. En dan stopt plotseling alles. Op de laatste schooldag voeren we nog een Sterrenparade op. Zonder ouders. Het is een verrassend leuke voorstelling. Het laatste nummer dat mijn klas opvoert is een oorverdovend spektakel met het hele Orff instrumentarium. In retrospectief lijkt het net alsof we op dat moment onbewust een voorlopige punt achter ons samenzijn geplaatst hebben. Daarna is het oorverdovend stil. Vanaf mijn laptop regel ik, zo goed en kwaad als het kan, het thuisonderwijs. Dat dit niet een doodsaaie aangelegenheid hoeft te zijn wordt al snel duidelijk als de eerste filmpjes binnenkomen. Ach kijk, daar danst Lieke het beeld in met een geweldige versie van de rap waarmee ze de tafel van 6 geoefend heeft. Even later gevolgd door een filmpje van Dani die in joggingbroek de tafel van 9 jogt. En Lonneke steelt de show als ze met een stofzuiger door de huiskamer zwiert. Ook de foto’s die ouders sturen van hun geconcentreerd werkende kroost zijn aandoenlijk. Evenals de foto’s van de leerlingen zelf: hier de hond van Lars, daar het konijn van Lisa. Het is een buitengewoon vrolijke boel op mijn account. Soms word ik zelfs lief toegesproken: hoe gaat het met u? U bent natuurlijk al oud. Komt u nu helemaal niet meer buiten, klinkt het zorgelijk. Het maakt veel goed in deze rare wereld waarin ineens niets meer hetzelfde is. Ondertussen zoek ik opdrachten waarmee ze niet alleen veel kunnen herhalen maar vooral ook nog veel leren over zaken waarover je je verwonderen kunt in deze wereld. Tot nu toe redden we het, de leerlingen en ik.