vrijdag 3 maart 2017

Column. Nix.

Ik wil het met u hebben over het water van de inspecteur maar eerst dit: ik lees het boek De Nix van Nathan Hill. Er is veel over te doen en zelfs Claudia de Breij beveelt het aan. Naarmate het boek vordert betrap ik me erop dat ik al die verwikkelingen rond ene Faye en de door haar al op jonge leeftijd gedumpte zoon wel wat langdradig vind. Pff..nog zeker 300 bladzijden. Nou kan ik uitstekend vuistdikke boeken lezen zonder ook maar een verzuchting te slaken dus al dat gedraal  geeft wel te denken. Toch stop ik niet. Ik ben er van overtuigd dat dit verhaal mij elk moment in zijn greep zal krijgen. Per slot heeft Claudia het gezegd. Maar het duurt maar en duurt maar en mijn hekel aan die ongrijpbare Faye en haar suffe zoon neemt steeds  grotere  vormen aan. Terwijl  ik wat lusteloos heen en weer veeg over mijn scherm bedenk  ik me dat het altijd moeilijk is om  te bepalen wat een goed moment is om ergens mee te stoppen. Wanneer weet je iets zeker? Wanneer stop je met een conflict, een baan, een vriendschappelijk contact. Kortom…wanneer stop je met het leveren van een inspanning? Die keuzes moet je steeds opnieuw maken. Overal. Ook in dit vak. Heeft de extra spellingsbegeleiding nog wel zin of pest ik Thomas er alleen maar mee. Voegt het nog iets toe om Sharon bij elk vak aan de instructietafel te zetten of wordt ze daar alleen maar onzekerder van. Maak ik er elke gymles een punt van om sommige angstige leerlingen over hindernissen heen te helpen of accepteer ik op een bepaald moment hun onvermogen. Sta ik de toon waarop ik aangesproken word door mijnheer A. nog langer toe of treed ik eens goed op. Steeds opnieuw moet je dit soort afwegingen maken. Soms na lang piekeren en dubben. Soms intuïtief of met de moed der wanhoop. Hetgeen mij bij het water van de inspecteur brengt. Bij zijn laatste bezoek vertelde hij dat hij omtrent het een of ander iets aan zijn water voelde. Het kon het niet hard maken maar zijn water vertelde hem iets. Dat verbaasde mij. Het verontrustte mij ook. Ik dacht altijd dat inspecteurs op het gebied van stoppen of doorgaan een makkelijk baantje hadden. Al die overzichtelijke statistieken waar ze gebruik van maken, al die rode, blauwe, oranje, pimpelpaarse lijnen. Al die zekerheden waarmee ze resoluut de school binnen komen stappen. Het moet een zegen zijn om altijd te weten welke kant het op moet. Ga hier rechtsaf. Doodlopende weg. STOP!  Ga terug! Niet omkeren. Wat moet het rustgevend zijn om precies te weten wanneer je pluimen moet geven of waarschuwingen uit moet delen. Excellent! Voldoende! Zwak! Zeer zwak! Kom daar eens om bij al die tobbende, peinzende, piekerende onderwijzers. Ehm...zou het misschien beter zijn als we bij Begrijpend Lezen nog meer inzetten op de leesstrategieën. Kan het zijn dat Cito Rekenen M6 ineens een stuk moeilijker is dan de E5. Te talig wellicht? Hebben andere scholen dit soort schommelingen ook? We moeten echt meer aan boekpromotie denk ik. Deze leesresultaten zijn zo laag. Zucht. Steun. Kreun. En dan komt de inspecteur doodleuk met: ik voel aan mijn water dat… Kan niet hoor. Dat water is het gebied van de krabbelaars voor de klas. Inspecteurs horen daar geen last van te hebben. We moeten in dit tijdsgewricht niet alles op de kop willen zetten. Afijn. Ik weet inmiddels  zeker dat ik nu echt moet stoppen met De Nix.  Alles ergert mij inmiddels aan dit boek. Ik ben op een punt dat het me helemaal nix meer kan schelen waarom het leven van Faye jaren geleden op on hold gezet is en ik hoop dat die volslagen karikaturale studente die inerte zoon eens flink te grazen neemt. Ik zal het echter niet meer meemaken. Sorry Claudia.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Een reactie plaatsen: